UaUUUrgh de tekenaar

UaUUUrgh, de volbehaarde holenmens
Staarde met een stuk houtskool in zijn hand
Sloot zijn ogen om de toendra voor te stellen
en kraste toen wat lijnen op de lege wand.

UaUUUrgh, de zwaargebouwde knotsenzwaaier
Stampte plechtig de stukken rode oker fijn
Bedacht zich wat er gister allemaal gebeurde
en zette toen nog maar eens een lijn.

UaUUUrgh, de stamgekozen klankverteller
Zette daar op de muur een reusachtige wolharige neushoorn
Die samen met een stamvriend, stierf op het ijzige velden
beleefde weer zijn woordeloze woedende toorn

UaUUUrgh, de sjamanistische lijnenzetter
Stapte achteruit en bekeek zijn vertellingen even
vulde nog enkele gezette lijnen met de rode drab
Op de lege muur stond het verhaal van zijn stam, zijn leven

UaUUUrgh, de allereerste striptekenaar
Ondertekende zijn grove werk met een roodgekleurde hand
Vertelde zonder woorden, verliet de slechtverlichte grot
en stak een neushoorn in de brand.